‘We doen het niet voor de harde knikkers’

Vijftig jaar grote clubactie

De Grote Clubactie is geen commercieel bedrijf. Toch is directeur Frank Molkenboer volop ondernemend bezig. Veel mensen kennen ‘zijn’ Grote Clubactie (GCA) van de kinderen die namens hun sportvereniging langs de deuren gaan om lootjes te verkopen. ‘Mijn drijfveer is niet om zoveel mogelijk loten te verkopen, maar om te zorgen voor een financieel gezond verenigingsleven.’ Dit jaar bestaat de Grote Clubactie 50 jaar.

Het is 1972, de Tilburgse kapper Gerrit van den Broek drinkt, zoals wel vaker op maandagmiddag, een borreltje met goede vriend Pierre Claessens. Pierre is chef van het Nieuwsblad van het Zuiden, de voorloper van het Brabants Dagblad. Hem wordt vaak gevraagd of er ruimte is in de krant voor de promotie van verenigingen voor sport en cultuur. Na overleg met Gerrit besluit hij om eenmalig een actie op te zetten voor dit soort clubs. Een loterij lijkt hem een geschikte vorm. Pierre laat een berg lootjes drukken die verenigingsbesturen voor twintig cent per stuk kunnen aanschaffen bij de kapperszaak. Hij zorgt voor de hoofdprijs, de verenigingen stellen de overige prijzen ter beschikking. Er komen koffiezetapparaten binnen, sportshirts en voetbalschoenen. Verenigingen kopen massaal lootjes in. Ze betalen contant, de veldwachter is aanwezig om het geld te bewaken. Leden van de verenigingen gaan langs de deuren en verkopen de lootjes voor een gulden per stuk. De actie is zo’n succes dat Pierre en Gerrit ermee doorgaan, na vijf jaar lokale loterij veroveren ze de rest van Nederland.

Tachtig procent

De huidige directeur Frank ging na de middelbare school naar het CIOS in Sittard waar hij afstudeerde als sportinstructeur. Het verenigingsleven loopt als een rode draad door zijn carrière. Hij werkte als hoofd marketing, communicatie en evenementen bij de Gemeente Tilburg en was directeur algemene zaken bij voetbalclub Willem II. ‘Voor de gemeente ben ik ook accountmanager sport geweest waarin ik als verbinder fungeerde tussen verenigingen en gemeente. Daarna ging ik de marketing doen van het Sportbedrijf Tilburg.’ Bij Willem II werkte hij zes jaar. ‘Hierna ging ik naar Oss om de afdeling Sportstimulering om te bouwen naar een zelfstandige stichting. En toen belde Kees Scheepens van Scheepens Reclame met de mededeling dat hij iets leuks voor mij had: de functie van directeur van de Grote Clubactie. Als zo iemand je dat vraagt dan zeg je ja. Dat heb ik op gevoel gedaan en daar ben ik nog steeds blij mee.’ Dit jaar organiseert hij voor de tiende keer de Clubactie. De GCA is een van de twee loterijen die onder de Nationale Stichting Grote Clubactie valt. ‘De andere is de (nu nog) minder bekende Supportactie Loterij, een doorlopende loterij waar vooral goede doelen lootjes voor verkopen.’

80-20

GCA onderscheidt zich van andere loterijen en acties met de hoeveelheid geld die naar de goede doelen organisaties gaat. ‘Dat is sinds de start in 1972 tachtig procent van elk verkocht lot.’ Van de overige twintig procent worden, de prijzen ingekocht, de marketing en communicatie gedaan, de IT-ontwikkeling betaald, de kosten voldaan die betrekking hebben op het verkrijgen en behouden van de loterijvergunning en de medewerkers (tien fte) betaald. ‘We werken met een klein marketingbudget. Hoewel we nooit op tv en radio komen, zijn we erg bekend: vrijwel iedereen kent wel iemand die lootjes verkoopt of heeft dat vroeger zelf gedaan.’

Coronaproof loten verkopen

De Grote Clubactie is voor verenigingen het grootste fondsenwervende instrument in Nederland. ‘Er doen 5300 clubs mee en afgelopen jaar hebben we een recordbedrag van 10,7 miljoen euro opgehaald. Corona heeft ons gelukkig niet geschaad.’ Tijdens het eerste coronajaar ontwikkelde Frank en zijn team een digitale methode om loten te verkopen. ‘Een QR-code die per smartphone gescand kan worden en daaraan gekoppeld een persoonlijke verkooplink die verkopers kunnen delen via WhatsApp en social media. Daarnaast hadden we geluk met de periode waarin kinderen langs de deuren gaan. Dat is in september en oktober en in die maanden lagen de besmettingen laag.’ Sportverenigingen vormen het grootste deel van de achterban. ‘Voetbal is de grootste, gevolgd door turnen. En er zijn ruim 1000 culturele verenigingen zoals muziek-, toneel-, carnavals en hobbyclubs aangesloten.’ Sinds dit jaar is Scouting Nederland ook aangehaakt. ‘En we zijn altijd bezig om meer verenigingen te enthousiasmeren om mee te doen.’

Het belang van verenigingen

Hij legt uit dat het verenigingsleven nergens in de wereld zo georganiseerd is als in Nederland. ‘Het wordt gerund door vrijwilligers die hun beste beentje voorzetten als trainer, scheidsrechter of bestuurslid. Ik vind het heel mooi dat kinderen leren dat lid zijn van een vereniging verder gaat dan alleen het consumeren van trainingen en het spelen van wedstrijden. Ze leren dat ze zich als lid moeten inzetten voor de club. Dat draagt bij aan hun persoonlijke ontwikkeling. Het geld dat zij namens hun vereniging binnenhalen met het verkopen van loten wordt meestal besteed aan extraatjes, een (trainings)kamp bijvoorbeeld of het jaarlijkse uitstapje. Doelen, ballen en onderhoud van velden wordt betaald uit de contributie.’ Frank hamert op het belang van verenigingen voor onze samenleving. ‘Het gaat niet alleen om het samen sporten of muziek maken, het is het hele verenigingsleven, wat je daarvan leert en mee opbouwt.’ Zelf werd hij in de tweede klas van de basisschool lid van een Bredaas kerkkoor. ‘Ik kon niet zo goed zingen, maar de hele buurt zong daar dus dat wilde ik ook. We repeteerden viermaal per week en zongen op zondag tijdens de mis. Verder had ik weinig met de kerk. We organiseerden kampen. Ik heb er draaiboeken en het clubblad leren maken. Daarmee heb ik een mooie basis gelegd voor mijn werkende leven. Bij mijn voetbalclub leerde ik verliezen en winnen. Beide clubs leverden vrienden op, een sociale omgeving. Het is echt jammer als je dat in je jeugd niet meemaakt.’

Jubileum van een halve eeuw

Het vijftigjarig bestaan zal niet onopgemerkt voorbijgaan. ‘Er zal iets moois verschijnen over onze historie, want het is een mijlpaal. We zijn een vaste waarde in de cultuur van Nederland, loterijen horen tot ons cultureel erfgoed. Ik ben trots dat we al twee jaar op rij een recordopbrengst hebben.
Dat toont aan dat een loterij nog steeds relevantie heeft, ook na vijftig jaar.’ Hoewel GCA niet van hem is, voelt hij het wel zo. ‘Ik heb altijd in de non-profitsector gewerkt, dat past bij me. Als je ondernemend ingesteld bent, kun je je hierin onderscheiden. Mijn ouders hadden een winkel, dus de ondernemendheid zit er bij mij wel in. Ik ga met het geld, de medewerkers en de strategie om zoals ondernemers dat doen. Het verschil, en dat vind ik mooi, is dat wij het niet voor de harde knikkers doen, we begroten op nul op een klein bedrag na voor investeringen in bijvoorbeeld IT. Net zoals bij een club als Willem II draait het bij alle verenigingen om clubliefde.’

Willem II versus NAC

Frank is overigens een fervent volger van NAC. Hij komt uit Breda en woont in Bavel. ‘Ik vind dat je moet zijn voor de club van de stad waarin je woont. Dus voor mij is dat NAC. Ik werkte al tientallen jaren in Tilburg dus de stap naar Willem II was voor mij logisch. Ik houd van voetbal en de club stond toen, 18 jaar geleden, qua entourage hoog aangeschreven.’ Hij werkte er zes jaar. ‘En nee, dat wrong niet met mijn passie voor NAC. Als je 80 uur per week bij een organisatie werkt dan ga je ervan houden. Het rood-wit-blauw stroomde al snel door mijn aderen. Maar wellicht ook omdat ik al vanaf mijn zevende levensjaar voetbalde bij JEKA dat dezelfde clubkleuren heeft als Willem II.’

Een prettige bijkomstigheid

Toen Frank voor GCA op zoek ging naar een accountants- en advieskantoor, liet hij drie partijen pitchen. ‘Van Boekel accountants en adviseurs was een van de drie, ik kende hen al vanuit hun betrokkenheid bij Willem II en de Tilburg Trappers, maar ze wonnen de pitch op inhoud.’ Van een financieel dienstverlener verwacht Frank dat die zich inleeft en verdiept in de materie van GCA. ‘En de vertaalslag weet te maken van wettelijke, financiële regels rond jaarrekeningen en dergelijke naar onze organisatie. We zijn een vreemde eend in de bijt tussen alle commerciële bedrijven. Ik word namens de Raad van Toezicht gecontroleerd. Er is geen cliënt zoals wij.’ Hij constateert tevreden dat het met dat inleven wel goed zit. ‘Ze zitten goed in onze materie, dat lijkt normaal maar ik vind het bijzonder. Ze hebben zich onze processen snel eigen gemaakt. Ze begeleiden bijvoorbeeld de IT-audit waarin de registratie van loten en de trekking beoordeeld wordt. Er is altijd iemand aanwezig bij de trekking en ook het persoonlijke contact met Valerie van Hooijdonk-De Roover vind ik prettig. Het is niet noodzakelijk, maar een leuke bijkomstigheid die bij mij als persoon past.’

Hopelijk blijven we in Tilburg

De komende vijf jaar richt hij zich op het verder ontwikkelen van de Supportactie loterij. ‘Die willen we groter maken dan de Grote Clubactie, want het is de uitgelezen manier om vrijwilligers met minder moeite substantieel meer geld binnen te laten halen voor hun vereniging.’ Dat zit als volgt: de Supportactie werft mensen die zich als supporter tot wederopzegging aan een vereniging of organisatie verbinden en maandelijks meespelen met deze loterij. De Grote Clubactie loterij draait om eenmalig loten kopen. ‘Met de Supportactie kunnen we een nog grotere bijdrage leveren aan professionele, gezonde verenigingen en goede doelen organisaties.’ Ook spreekt hij de wens uit dat de organisatie zich verder door ontwikkelt. ‘Over vijf jaar ben ik vijftien jaar directeur. Dan is het tijd dat de jongeren het gaan overnemen. Op social media-gebied houd ik ze al niet meer bij. Ik verwacht dat ik dan vooral een coachende in plaats van een operationele rol zal hebben. Ook zijn we dan verhuisd en hopelijk in Tilburg gebleven.’